Industrialisering en sociale ongelijkheid
De industriële samenleving werd gekenmerkt door een grote kloof tussen arm en rijk.
De industriële samenleving werd gekenmerkt door een grote kloof tussen arm en rijk.
1. Oorzaak: Het economisch liberalisme:
Wat? De erkenning van het recht op vrije economische activiteit en vrij economisch verkeer, gebaseerd op privébezit en marktmechanismen. Eigenbelang wordt door het economisch liberalisme beschouwd als de motor van de welvaart van de hele samenleving.
Inzichtsopdracht 1: Het liberalisme kwam reeds in een voorgaand lessenpakket aan bod. Verklaar aan de hand van de basisprincipes van het liberalisme hun standpunten op economisch vlak (neem er gerust je handboek bij).
Basisideeën?
1. De vrije markt: Overheden mochten niet ingrijpen in de economie, dat zou schadelijk zijn.
Zoekopdracht 1: Economen zoals Adam Smith hadden het in deze context over de 'Invisible hand'. Leg dit concept uit in je eigen woorden.
2. Kapitalisme: Dit is een economisch systeem gebaseerd op investeringen van geld in de verwachting winst te maken. Opdat je ook zelf de winst zou opstrijken is het essentieel dat productiemiddelen privébezit zijn.
Wat? De erkenning van het recht op vrije economische activiteit en vrij economisch verkeer, gebaseerd op privébezit en marktmechanismen. Eigenbelang wordt door het economisch liberalisme beschouwd als de motor van de welvaart van de hele samenleving.
Inzichtsopdracht 1: Het liberalisme kwam reeds in een voorgaand lessenpakket aan bod. Verklaar aan de hand van de basisprincipes van het liberalisme hun standpunten op economisch vlak (neem er gerust je handboek bij).
Basisideeën?
1. De vrije markt: Overheden mochten niet ingrijpen in de economie, dat zou schadelijk zijn.
Zoekopdracht 1: Economen zoals Adam Smith hadden het in deze context over de 'Invisible hand'. Leg dit concept uit in je eigen woorden.
2. Kapitalisme: Dit is een economisch systeem gebaseerd op investeringen van geld in de verwachting winst te maken. Opdat je ook zelf de winst zou opstrijken is het essentieel dat productiemiddelen privébezit zijn.
Inzichtsopdracht 2: Verklaar bovenstaande spotprent.
2. Gevolgen van het economisch liberalisme
Door het idee van privébezit werd de productie in toenemende mate gecentraliseerd in grote fabrieken. Hierdoor was er nood aan arbeiders die op vaste uren kwamen werken in ruil voor een loon.
Door het idee van privébezit werd de productie in toenemende mate gecentraliseerd in grote fabrieken. Hierdoor was er nood aan arbeiders die op vaste uren kwamen werken in ruil voor een loon.
3. Een verschuiving in de structuur van de beroepsbevolking:
De Industriële Revoluties van de 18de en de 19de eeuw veranderden de Westerse samenleving grondig. Door de Industriële Revoluties evolueerde de agrarische samenleving in West-Europa geleidelijk naar een industriële samenleving.
De Industriële Revoluties van de 18de en de 19de eeuw veranderden de Westerse samenleving grondig. Door de Industriële Revoluties evolueerde de agrarische samenleving in West-Europa geleidelijk naar een industriële samenleving.
Voor de Industriële Revoluties werkte 80% van de bevolking in de landbouw (de primaire sector). De industriële Revoluties zorgden echter een verschuiving in de structuur van de beroepsbevolking. De industrie (de secundaire sector) oefende een grote aantrekkingskracht uit op al wie een beter leven wilde opbouwen. Boeren en ambachtslieden werden arbeiders.
3. Waarom werden boeren en ambachtslieden opeens arbeiders?
1. In de 19de eeuw bevond West-Europa zich in een periode van demografische transitie. Het gevolg was een enorme bevolkingsexplosie.
2. Vanaf het einde van de 18de eeuw voltrok zich niet enkel een Industriële Revolutie maar ook een agrarische revolutie. De productiviteit van de landbouw steeg enorm.
3. In de tweede helft van de 19de eeuw bleef er op het West-Europese platteland nog maar weinig over van de eeuwenoude huisnijverheid. Sommige ambachten zoals mandenvlechters en bezembinders, bleven bestaan maar spinners en wevers waren er nog nauwelijks. De industrie had de prijzenslag met de huisnijverheid gewonnen.
Zoekopdracht 2: Weten jullie nog wat demografische transitie betekent (deze term kwam vorig jaar aan bod)? Leg uit.
4. Mensen in beweging:
De industrialisatie bracht mensen met andere woorden in beweging. Arbeidsmigratie was uiteraard geen nieuw fenomeen. De 19de eeuwse arbeidsmigratie was echter omvangrijker en definitiever. Wie naar de stad trok keerde doorgaans niet meer naar het platteland terug.
=> De industrialisatie werkte de verstedelijking in de hand.
De industrialisatie bracht mensen met andere woorden in beweging. Arbeidsmigratie was uiteraard geen nieuw fenomeen. De 19de eeuwse arbeidsmigratie was echter omvangrijker en definitiever. Wie naar de stad trok keerde doorgaans niet meer naar het platteland terug.
=> De industrialisatie werkte de verstedelijking in de hand.
5. Vragen:
1. Verklaar de term economisch liberalisme.
2. Wat waren de gevolgen van het economisch liberalisme?
3. Er vond een verschuiving in de structuur van de beroepsbevolking plaats. Verklaar.
4. Waarom werden boeren en ambachtslieden opeens arbeiders?
1. Verklaar de term economisch liberalisme.
2. Wat waren de gevolgen van het economisch liberalisme?
3. Er vond een verschuiving in de structuur van de beroepsbevolking plaats. Verklaar.
4. Waarom werden boeren en ambachtslieden opeens arbeiders?