Inleiding
In de voorbije lessenreeks zijn we dieper ingegaan op de Eerste en Tweede Industriële Revolutie. In deze lessenreeks gaan we ons verdiepen in de gevolgen van de Industriële Revoluties op de sociale verhoudingen.
De sociale en politieke ontwikkelingen in de 19de eeuw staan centraal. Het maatschappelijk evenwicht en de sociale stabiliteit werden door de Industriële Revoluties ontwricht. Een 'trage revolutie' zou in de loop van de 19de eeuw de samenleving echter aanpassen aan de nieuwe realiteit. Deze 'trage revolutie' kan gezien worden als een dramatische omwenteling: het samenspel van industrialisatie, liberalisme en kapitalisme zorgden voor scherpe sociale tegenstellingen. De liberale bourgeoisie, die voordien terecht kritiek had op de maatschappelijke orde van het Ancien Régime, installeerde zich nu in de machtsposities van de industriële maatschappij. De burgerij had de economische, maatschappelijke en politieke sleutelposities in handen en was niet bereid deze op te geven. Waar ze voorheen de motor waren van het emancipatiestreven waren ze er nu voornamelijk op uit om de sociale ontwikkelingen af te remmen en te beheersen.
In de voorbije lessenreeks zijn we dieper ingegaan op de Eerste en Tweede Industriële Revolutie. In deze lessenreeks gaan we ons verdiepen in de gevolgen van de Industriële Revoluties op de sociale verhoudingen.
De sociale en politieke ontwikkelingen in de 19de eeuw staan centraal. Het maatschappelijk evenwicht en de sociale stabiliteit werden door de Industriële Revoluties ontwricht. Een 'trage revolutie' zou in de loop van de 19de eeuw de samenleving echter aanpassen aan de nieuwe realiteit. Deze 'trage revolutie' kan gezien worden als een dramatische omwenteling: het samenspel van industrialisatie, liberalisme en kapitalisme zorgden voor scherpe sociale tegenstellingen. De liberale bourgeoisie, die voordien terecht kritiek had op de maatschappelijke orde van het Ancien Régime, installeerde zich nu in de machtsposities van de industriële maatschappij. De burgerij had de economische, maatschappelijke en politieke sleutelposities in handen en was niet bereid deze op te geven. Waar ze voorheen de motor waren van het emancipatiestreven waren ze er nu voornamelijk op uit om de sociale ontwikkelingen af te remmen en te beheersen.
Het emancipatiestreven was echter onstuitbaar. De gewone mensen reageerden op de alomvattende discriminatie door de burgerlijke elites. In een eerste fase werd hun reactie gekenmerkt door blind verzet. In een tweede fase streden ze voor hun ontvoogding vanuit een scherp bewustzijn. Hierbij vonden ze steun en inspiratie bij leden uit de hogere klassen die de maatschappelijke ongelijkheid aanklaagden. Een strategische keuze drong zich al snel op: kon een nieuwe maatschappelijke orde slechts door het omverwerpen van de bestaande maatschappij (revolutie) gerealiseerd worden of door haar van binnenuit te verbeteren (evolutie)?
De 19de eeuw was tegelijkertijd een eeuw van onderdrukking en emancipatie.
De 19de eeuw was tegelijkertijd een eeuw van onderdrukking en emancipatie.